
Welkom bij de website van Stichting Beekdal de 'Oude Riet'
In juni 2025 is de Stichting Beekdal de 'Oude Riet' opgericht. De stichting komt voort uit het platform Oude Riet.
Onze stichting vraagt aandacht voor de kansen die het beekdal van de Oude Riet biedt aan natuur, recreatie, cultuurhistorie en toerisme. Welke kansen dat zijn is al te zien in Marumerlage, een natuurgebied dat de afgelopen jaren uitgroeide tot een van de mooiste van het Westerkwartier. Daar mag de beek de Oude Riet sinds een paar jaar weer vrijelijk in en uitstromen.
Schaatsers hebben het gebied al lang ontdekt, maar in andere jaargetijden zie je hier veel vogels, wat grazend vee en af en toe een ree. Dit natuurgebied, dat je vanaf de snelweg bij Marum bijna niet kunt missen, is onderdeel van het stroomdal van de Oude Riet.
Achtergrond
De Oude Riet stroomt vanaf Trimunt langs Marum richting Enumatil, verdwijnt ten oosten van de gast van Zuidhorn en Noordhorn gedeeltelijk in het landschap, om ten noorden van Noorderburen weer tevoorschijn te komen. Net iets boven Niezijl komen Oude Riet en Kommerzijlsterdiep samen en stromen net voor Lammerburen richting Reitdiep en Lauwersmeer. Als stichting gebruiken we kortheidshalve telkens de naam ‘Oude Riet’ als verzamelnaam voor de vele lokale namen zoals Oude Diep, Oude Ae, Dwarsdiep, Matsloot, Zuidhorner Oostertocht en Kommerzijlsterdiep cq -riet.
Het verhaal van deze rivier gaat ver terug.
De Oude Riet was ooit vooral een zeearm. Ergens in de 8ste eeuw brak de zee door de kustlijn en ontstond de Lauwerszee. Diverse zeegeulen drongen diep landinwaarts door. Een van die geulen is de Oude Riet. De zee gebruikte daarvoor de bedding van een bestaand veenriviertje, dat vanuit Trimunt veenwater afvoerde in oostelijke richting. Na de zee-inbraak kronkelde het zeewater twee keer per etmaal langs de keileemrug van Noord- en Zuidhorn naar Den Horn om daar af te buigen naar het westen. Deze zee-inbraak maakte kolonisatie en bewoning van de 'wolden' van het zuidelijke Westerkwartier mogelijk.
De zeestroom passeerde Enumatil en zette tot net voorbij Boerakker klei af. In de late middeleeuwen verzandde deze zeearm terwijl de omliggende venen (wolden) door ontwatering juist snel inklonken. Dat leidde tot inversie, d.w.z. omkering van het reliëf. Om gebiedseigen water toch af te kunnen voeren, groeven de inwoners van het Westerkwartier een reeks diepen of kanalen zoals Wolddiep en Matsloot.
Waterberging en natuurontwikkeling
Dit beekdal met zijn sporen uit een ver verleden verandert anno 2025 snel. In opdracht van Provincie Groningen en Waterschap Noorderzijlvest wordt gewerkt aan meer ruimte voor waterberging en natuurontwikkeling. Behalve in Marumerlage is dat ook te zien langs de Dijkweg tussen Boerakker en Oldekerk en in de Driepolders boven Lettelbert, Ook daar kwamen recentelijk nieuwe natuur en waterbergingsplekken tot stand. Vanaf pakweg 2025/6 start bovendien de herinrichting rond het Dwarsdiep, waarbij naast stiltegebieden voor de natuur ook ruimte ontstaat voor wandelaars en toeristen.
Voorbij Noordhorn kreeg het rivierdal de afgelopen jaren enkele keren te maken met plannen voor woningbouw en nieuwe wegen. Plannen voor ommetjes vanuit Noordhorn rond dit dal komen nog onvoldoende uit de verf.
